Skip to content

Roadtrip Australië: Een top week in Sydney

Een stad als Sydney heeft eigenlijk geen introductie nodig. Wie kent niet de spetterende vuurwerkshow op oudejaarsavond, of de geanimeerde beelden van Marlin en Dory die op zoek zijn naar clownfish Nemo (oké, die kent misschien niet iedereen, maar toch). De glooiende vormen van het Opera House, de machtige constructie van de Harbour Bridge en de fantastische skyline rond Circular Quay. Een uitzonderlijk aanbod aan musea, theaters, restaurants en clubs, een rijke geschiedenis die zichtbaar is in de architectuur van de stad en een enorme natuurlijke schoonheid eromheen, Sydney heeft voor ieder wat wils. Niet gek dus dat Mathijs het hier prima uithoudt. Wij zoeken hem op, het is inmiddels alweer bijna twee jaar geleden dat we hem voor het laatst zagen, genoeg bij te buurten dus. De momenten dat hij aan het werk is gebruiken we om ‘zijn’ stad te ontdekken. Dit zijn onze hoogtepunten:

Hoe het allemaal begon
In het hart van de stad, bij de Circular Quay Ferry Terminal, start elke dag om 14.00 uur de gratis Old Sydney Walks tour. Wij kwamen er min of meer toevallig bij uit, maar zijn blij dat we de ongeveer tweeënhalf uur durende wandeling hebben meegelopen. Beginnend bij de vroegste geschiedenis van Sydney, de aankomst van de First Fleet onder leiding van kapitein Arthur Phillip op 26 januari 1788, worden we meegenomen door de relatief korte, maar bewogen geschiedenis van de stad en daarmee Australië. De verhalen over Sydney’s eerste politiekorps bestaande uit convicts (misdadigers dus), het eerste ziekenhuis, dat als een soort bouwpakket per boot vanuit Engeland arriveerde, en het al vrij snel alom geaccepteerde (maar merkwaardige) betaalmiddel rum, brengen een lach op de gezichten van de meesten van ons. We passeren belangrijke gebouwen in de geschiedenis van de stad zoals The Mint (de eerste schatkamer), St. Mary’s Cathedral, de staatsbibliotheek en natuurlijk het iconische Opera House. Ook de aboriginal geschiedenis van Sydney wordt niet vergeten, waardoor je aan het eind van de rit een zeer compleet plaatje van de stad hebt. Absoluut een aanrader, dus mocht je ooit in de buurt zijn zoek dan naar een blauw shirt met daarop de tekst Old Sydney Walks, of roep een keer heel hard Gino.

Aan de wandel
Omdat lopen door Sydney ons goed bevallen is, zoeken we in de Lonely Planet naar een aantal stadswandelingen. De eerste brengt ons van de Overseas Ferry Terminal (waar de grote jongens aanmeren), langs de oude warenhuizen in de haven naar de Harbour Bridge, waarna we door het oudste deel van Sydney, The Rocks, terugkeren naar het centrum om te eindigen bij het imposante Opera House. The Rocks is een gebied met een behoorlijke geschiedenis (zie onder voor geïnteresseerden*) en heeft de laatste jaren een metamorfose ondergaan. De vervallen huisjes en oude industriële panden zijn omgetoverd tot hippe restaurants en barretjes, kleine souvenirwinkeltjes en appartementen. Een erg leuke plek dus om wat rond te hangen. De tweede wandeling, die begint onder het enorme Coca Cola bord op Darlinghurst Rd, leidt via een weinig inspirerende route naar Elizabeth Bay en uiteindelijk Woolloomooloo Finger Wharf. Hier eindigt de wandeling onder een klein bordje van dezelfde firma als waar het begon, dit keer op Harry’s Cafe de Wheels. Voorgegaan door o.a. Frank Sinatra & Pamela Anderson bestellen ook wij de ‘Tiger’, een typisch Australische meat pie met aardappelpuree, geprakte erwten, tomatensaus en jus. Klinkt misschien niet zo, maar man dat was lekker! Via de eerdergenoemde werf (waar ooit voornamelijk wol werd opgeslagen) die prachtig is gerenoveerd en waar inmiddels voornamelijk exclusieve eet- en slaapgelegenheden in gevestigd zijn, lopen we door de Royal Botanical Gardens naar Macquarie Point. Vanuit hier hebben we een prachtig uitzicht over de haven wat deze wandeling toch nog de moeite waard maakte.

De natuur in
Op ongeveer anderhalf uur met de trein van Sydney (behalve snel ook een goedkope manier om er te komen) liggen de Blue Mountains. De regio dankt zijn naam aan de blauwe waas die wordt veroorzaakt door een olieachtige nevel die door de hier groeiende eucalyptusbomen wordt afgescheiden. We stappen uit bij Wentworth Falls, een klein dorpje dat is vernoemd naar een dichtbijgelegen waterval en lopen daar vervolgens via een pad door de bossen naartoe. De harde wind maakt de waterval een spectaculaire aangelegenheid, al is het wat minder wanneer we door diezelfde wind een behoorlijk plaatselijke regenbui over ons heen krijgen. Vanuit de Wentworth Falls loopt The National Pass, een wandelpad dat al in 1908 geopend werd en dat grotendeels uit de rotswand is gehouwen, verder de Blue Mountains in. Wijdse uitzichten over de vallei en de nodige fysieke inspanning maken dit tot een mooie hike en dus keren we later die avond moe maar voldaan terug naar de stad.

De tweede keer dat we de natuur rond Sydney opzoeken doen we dat samen met Mathijs. Na veel getwijfel over waar we naartoe zouden moeten gaan (er zijn rond Sydney nou eenmaal veel mooie plekjes), kiezen we voor Botany Bay, de plek waar James Cook, de ontdekker van Australië (het oostelijke deel dan), voor het eerst het anker uitgooide. Er zijn meerdere wandelingen in de regio, waarvan wij er twee uitkiezen. De eerste is een korte wandeling langs de landingsplek van meneer Cook en met een uitzocht over de haven. De tweede, wat langere wandeling, is aan de oceaankant van het natuurpark. De meeste stukken lopen we langs de kustlijn, waar we vanaf de kliffen uitkijken over de zee. Het is een stralende dag dus we kunnen bijna kijken tot aan Nieuw-Zeeland, bijna! Na inspanning hoort natuurlijk ontspanning. We halen de nodige flesjes wijn bij de Aldi, de enige plek waar wij het ons kunnen veroorloven, en steken ’s avonds de barbecue aan. De perfecte manier om zo’n heerlijk dagje af te sluiten.

Time for some fun!
Fun is er genoeg te vinden in deze enorme stad, zowel voor jong als voor oud. Wij gaan ons innerlijke kind even naar boven halen bij Luna Park, waar de mond van een griezelige clown als ingang dient. De toegang is gratis, maar wil je een rondje in een van de attracties meedraaien, dan betaal je al gauw een flink aantal dollars. Wij houden het dus maar op een grote suikerspin en genieten verder van de leuke, jaren 50 ambiance van het park. Met bovendien een prima uitzicht op de stad, komen we hier dan ook helemaal niets te kort. ’s Avonds laten we ons innerlijke kind maar thuis, want anders komen we de kroeg niet in. Mathijs neemt ons namelijk mee op de ferry naar Manly. Na een flinke schnitzel en een grote pot bier bij het Bavarian Beer Café, duiken we de kroeg in, waar een goed bandje live muziek staat te maken. Het publiek moet echter nog even op gang komen en op het moment dat wij weer terug de Ferry op moeten begint het net gezellig te worden. Zul je altijd zien.

Ook brengen we een bezoekje aan het Museum of Contemporary Art. Ondanks de enorme omvang van het gebouw hebben wij het er vrij snel gezien. Slechts een aantal van de werken kunnen ons boeien en dus staan we snel weer buiten. Geen ramp, want de toegang was gratis (wat trouwens voor heel veel musea in Australië geldt). Wat ons wel kan boeien is de Taronga Zoo. Met de ferry steken we opnieuw de haven over voor een bezoekje aan deze 100 jaar oude dierentuin. We gaan meteen op zoek naar de Australische dieren die we (nog) niet in het wild hebben kunnen spotten en slagen erin ze bijna allemaal te vinden. Van koala’s tot de Tasmaanse duivel en van pinguïns tot verschillende glibberige reptielen. Alleen de dingo’s blijken hier helaas niet aanwezig te zijn en daarom richten we ons nog maar even op de niet Australische dieren, want ook die zijn er genoeg! Vooral de giraffen blijken hier geluk te hebben, want zij hebben het beste uitzicht over de stad.

Op zoek naar de perfecte foto
Sydney is de droom van iedere fotograaf, en dan hebben we het vooral Sydney Harbour, ofwel het gebied rond Circular Quay waar je de twee hoofdattracties van Sydney vindt. Het maakt eigenlijk niet uit waar je er staat, het is vanuit alle hoeken mooi. Vooral het Opera House is een fantastisch model: hoe hard je ook je best doet, ze staat nooit slecht op de foto. Daarnaast heb je natuurlijk de Harbour Bridge, die zowel zelf fotogeniek is, als helpt bij het maken van ’the perfect shot’. Wij beklimmen namelijk een van de pilaren en vanuit daar krijg je het perfecte overzicht van dit prachtige stukje Sydney. En als er dan ook nog eens net een cruiseschip de haven uitvaart, is het plaatje natuurlijk helemaal compleet. Een compleet plaatje kun je trouwens vanaf wel meer plekken rond de haven maken, allemaal met verschillende perspectieven. Ook vanaf de ferry heb je mooie uitzichten over de haven, dus ritjes naar Manly, Taronga of Darling Harbour zijn meer dan alleen maar lekker uitwaaien. En als het avond wordt, dan neem je een statief mee, zoek je een mooi plekje op en ‘klik’. Gegarandeerd succes.

Wat we allemaal niet hebben gezien
En ja, dan zijn er natuurlijk nog heel wat dingen die we niet gezien of gedaan hebben. Een wandeling over de Harbour Bridge bijvoorbeeld (en dan hebben we het niet over de weg, want dat hebben we wel gedaan), lag met iets meer dan 150€ per persoon net wat boven ons budget. Ook Darling Harbour, met haar Las Vegas-achtige verzameling van hotels, casino’s en attracties zoals Sea Life Aquarium en Madame Tussauds hebben we overgeslagen. Bondi Beach (het misschien wel beroemdste strand van Australië): ook niet geweest, we vonden onszelf al bruin genoeg. Wandelingen langs de kust, zoals bijvoorbeeld die van Bondi naar Coogee of langs de haven van Spit Bridge naar Manly. Of de spectaculaire kliffen bij North Head, de ingang van Sydney Harbour. Of… Nouja, al die dingen die in de reisgidsen worden omschreven als niet te missen. De meesten stonden wel op het lijstje, maar we zijn er gewoon niet aan toe gekomen. En dat maakt eigenlijk ook helemaal niet uit. Het beste aan Sydney heeft volgens ons namelijk niets te maken met het enorme aanbod aan dingen die je er kan zien en doen. Het beste van Sydney is Sydney zelf. De uitstraling van de stad, de sfeer op straat en de mensen die je er vindt, dat is wat Sydney zo bijzonder maakt. En wat het zo bijzonder maakt om er te zijn. Een dag in deze geweldige stad is gewoon leuk. Als het regent ga je ergens naar binnen, als de zon schijnt lig je in een van de vele parkjes op het gras en als je niet te lui bent dan loop je gewoon de hele dag wat door de stad te dwalen. Je hoeft in Sydney eigenlijk niks te doen, je moet er gewoon zijn.

*Geschiedenis Sydney uit Lonely Planet*
En dan nog even dit. Voor een land met zo’n ‘korte’ geschiedenis, kunnen geschiedenisliefhebbers in Sydney toch zeker hun hart ophalen. Wij zijn natuurlijk geen geschiedenisboek en we willen ook Wikipedia niet alle klandizie onthouden, maar omdat we weten dat (sommige van) jullie wat meer informatie toch best interessant zullen vinden, hebben we hier een kort stukje uit de Lonely Planet gekopieerd over het ontstaan en de ontwikkeling van deze wereldstad (Sorry het is in het Engels, vertalen hadden we geen zin in):

     After dismissing Botany Bay as a site for the colony, Governor Phillip sailed the First Fleet into what James Cook had named Port Jackson (Warran in the local language) and dropped anchor at a horseshoe bay with an all-important freshwater stream running into it. Phillip astutely christened the bay Sydney Cove after the British Home Secretary, Baron Sydney of Chislehurst, who was responsible for the colonies.
     The socioeconomic divide of the future city was foreshadowed when the convicts were allocated the rocky land to the west of the stream (known unimaginatively as the Rocks), while the governor and other officials pitched their tents to the east.
     Built with convict labour between 1837 and 1844, Circular Quay was originally (and more accurately) called Semicircular Quay, and acted as the main port of Sydney. In the 1850s it was extended further, covering over the by then festering Tank Stream, which ran into the middle of the cove.
     As time went on, whalers and sailors joined the ex-convicts at the Rocks – and inns and brothels sprang up to entertain them. With the settlement filthy and overcrowded, the nouveau riche started building houses on the upper slopes, their sewage flowing to the slums below. Residents sloshed through open sewers, and alleys festered with disease and drunken lawlessness. Thus began a long, steady decline.
     Bubonic plague broke out in 1900, leading to the razing of entire streets, and Harbour Bridge construction in the 1920s wiped out even more. It wasn’t until the 1970s that the Rocks’ cultural and architectural heritage was finally recognised. Redevelopment saved many old buildings by converting them into tourist-focused businesses. Shops hocking Opera House key rings proliferate, but gritty history is never far below the surface if you know where to look.

Dit bericht heeft 4 reacties

  1. Leuk stukje over deze geweldige stad! Veel plezier in NZ bij Ian en Marjan, dat we meer van die mooie foto’s gaan zien!

    En bedankt voor deze foto’s: zijn toch stukken beter als degene die ik maak met mn Samsung 😀

    1. Thnx Mathijs. We zijn inmiddels al aan het eerste biertje begonnen hier en je krijgt de hartelijke groeten terug! Als je trouwens de foto’s in wat betere resolutie wil hebben dan stuur ik ze wel op!

  2. Wauw wat een prachtige fotos van deze mooie en dus ook nog bijzondere en sfeervolle stad!
    Jullie kunnen jezelf wel ware fotografen noemen zo 😉
    Veel plezier in Nieuw zeeland en hopelijk snel tot spreeks.
    Kus!

  3. Tja…. die perfecte foto. Die heb ik toch al een aantal keren voorbij zien komen. En bij deze verzameling zitten er ook weer een paar. De panoramafoto met Irma achter de lens aan de zijkant en kijk op de stad boven over die mooie brug, harbour bridge? Maar ja als jullie er nog steeds naar op zoek zijn, blijf vooral oefenen dan kunnen wij genieten van jullie nog niet perfecte (?) foto’s.

Het is niet mogelijk een reactie te plaatsen.